146 Ram Ramlal (CDA)
Dowlatram (Ram) Ramlal werd op 16 juni 1992 beëdigd als lid van de Tweede Kamer voor het Christen-Democratisch Appèl (CDA). Hij was daarmee het eerste Kamerlid van Surinaamse en Hindostaanse afkomst binnen de partij, en tevens de eerste niet-christen in de CDA-fractie.
Ramlal werd geboren op 2 april 1951 in Nickerie, Suriname. Na zijn migratie naar Nederland was hij actief in het maatschappelijk werk in Den Haag, met een focus op hulp aan drugsverslaafden. In 1989 werd hij benoemd tot wethouder van maatschappelijke dienstverlening, welzijn en gezondheidszorg in Den Haag.
Zijn toetreding tot de Tweede Kamer leidde tot discussies binnen het CDA over het christelijke karakter van de partij, aangezien Ramlal hindoe en geen christen is. Zijn beëdiging met de woorden "Zo waarlijk helpe mij God almachtig" veroorzaakte opschudding onder sommige partijleden.
Tijdens zijn Kamerlidmaatschap richtte Ramlal zich op volkshuisvesting, ontwikkelingssamenwerking en minderhedenbeleid. In 1994 stond hij op een onverkiesbare plaats op de CDA-kandidatenlijst en verliet de Tweede Kamer.
Ramlals politieke carrière weerspiegelt de uitdagingen en vooruitgang in de vertegenwoordiging van Nederlanders met een migratieachtergrond in de politiek. Zijn verhaal is een belangrijk hoofdstuk in de geschiedenis van Nederland en zijn koloniale verleden.
Bronnen:
Draag zelf een gebeurtenis of persoon aan en help mee dit gedeelde verleden compleet te maken.